Soms heb je van die gesprekken met een gouden randje; zo’n gesprek waarin alles op z’n plek valt, waarin je elkaar weet te raken en je je verbonden voelt met de ander. Binnen gesprekken met cliënten gebeurt me dat, maar deze keer was het thuis, in de badkamer. Mijn zoon van 8 stond onder de douche, ik was handdoeken aan het vouwen en we kletsen wat. Hij had vorige week zijn rapport gekregen en zei; ‘Mam, zal ik jou ook eens rapportcijfers geven?!’ ‘Ok.., leuk, ben benieuwd..’.
‘Voor ’s morgens vroeg vrolijk zijn krijg je een Zeer goed. Daar word ik ook vrolijk van.’
‘Als er een pak melk omgaat, word je niet kwaad’, ook Zeer goed. Daardoor blijft het een beetje relaxed aan tafel.’
‘Als ik heel boos ben, ga jij daar wel slim mee om. Je gaat er niet tegen in en blijft (meestal dan) rustig. Goed.’
‘Ik vind het niet leuk dat je soms maar half kijkt als ik mijn kunstje op de trampo doe; dan is het alsof dat jou niet boeit. Twijfelachtig.’
‘Als ik iets vraag als je achter de computer zit te werken, zeg je ‘Even wachten’. Dan lijkt het of je je werk belangrijker vindt dan mij. Ook Twijfelachtig.. ‘
Zo ging hij verder..; ik luisterde, vroeg verder en we maakten samen een plannetje hoe we het soms net anders zouden kunnen doen. We hadden een bijzonder gesprekje samen. ‘s Avonds dacht ik er over na: Welke elementen maakten het tot zo’n magisch gesprekje? Hier ook de link naar de werkvloer..:
1. Mijn zoon beschreef concreet wat ik deed en hoe hij zich daarbij voelde, zonder te oordelen of belerend te zijn. ( hij zei niet ‘jij hebt nooit tijd voor me, jij bent altijd met je werk bezig!’ In dat geval had ik vast een rijtje argumenten op tafel gelegd.
Zolang je beschrijft wat gedrag van de ander bij jou teweeg brengt, krijg je geen discussie; het is zoals jij het ervaart.
En in positieve zin; als je iemand een compliment maakt en daarbij aangeeft wat diegene precies deed waardoor je zo goed vond én hoe dat bij jou overkwam, komt een compliment veel meer binnen!
‘Wat leidde je de vergadering vanmorgen goed! Je bleef, ondanks de beladen onderwerpen, rustig en gaf iedereen de ruimte; ik voelde me gehoord.’
2. Ik was in het gesprekje met mijn zoon in staat te luisteren met de intentie hem te begrijpen, niet met de intentie te antwoorden of hem met mijn argumenten te overtuigen.
Vaak zijn we tijdens het antwoord van de ander al aan het bedenken wat we dadelijk gaan zeggen.. of welke argumenten we gaan gebruiken om de ander te overtuigen van onze zienswijze.
3. We hadden het over wat we allebei belangrijk en fijn vinden; dat geeft een positieve spirit!
In werkrelaties creëert het verbondenheid wanneer je het met elkaar hebt over gezamenlijke waarden en doelen.
4. We hadden onverdeelde aandacht voor elkaar! Er was ruimte het te hebben over dingen waar we het ‘tussen de soep en de aardappelen door’ niet over hebben; )
5. Hij benoemde de positieve uitschieters en zei toen niet: ‘MAAR….’ (en nu komt wat ik je eigenlijk wil zeggen…) Hij zette de plussen en mindere punten gewoon naast elkaar.
6. We bedachten met z’n tweeën hoe we sommige dingen anders konden doen.
Op de werkvloer ervaren medewerkers veel meer betrokkenheid als ze daadwerkelijk kunnen meedenken en als leidinggevenden de bereidheid tonen met hen af te stemmen qua aanpak.
7. Het was niet alleen maar serieuze praat, we konden ook lekker lachen, de sfeer was ontspannen.
Op het werk gaat het er een stuk ontspannener aan toe, als we sommige zaken wat minder serieus benaderen en samen de humor van situaties inzien!
Mensen denken vaak dat je meer afstand creeërt, als je elkaar feedback geeft op aandachtspunten. Als je daarentegen in het gesprek daadwerkelijk aandacht hebt voor elkaars behoeften achter de feedback, is mijn ervaring dat je juist meer verbinding ervaart!
Ons gesprekje deed me denken aan het gedachtegoed van Geweldloze Communicatie. Marshall Rosenberg schrijft hier op treffende wijze over.
Stel je leidinggevende vraagt je voor de 2e keer die week langer te blijven om een klus af te maken. Je hebt dan 4 manieren om deze voor jou negatieve boodschap te ontvangen:
– Jezelf de schuld geven (Ik had gewoon duidelijker moeten zijn over hoeveel werk ik heb liggen vandaag! Stom!)
– De ander de schuld geven (Hij kan het niet maken om mij wéer te vragen! Hij ziet toch hoe druk ik ben!)
– Je bewust worden van je eigen gevoelens en behoeften (Ik ben moe, ik heb rust nodig, heb zin in een rustige avond thuis met mijn gezin)
– Je richten op de gevoelens van de ander (Hij wil ook zijn afspraken richting de klant nakomen en overziet misschien niet hoeveel werk dit voor mij is)
Wat helpt dan, als je boosheid of irritatie ervaart:
1. Stop, haal adem
2. Luister naar je veroordelende gedachten (Dat kan mijn leidinggevende niet maken, hij ziet toch dat ik overloop!)
3. Maak contact met je behoeften (ik wil rust, voel me moe, wil naar huis)
4. Uit je gevoelens en onvervulde behoeften. (‘Ik voel me echt moe, wil vandaag graag om 17 uur naar huis. Hoe zullen we dit oplossen?’)
Thuis is ook genoeg oefenmateriaal…
Mijn man die zegt ‘Gezellig dat je de hele avond boven was staat te doen!’ geeft eigenlijk aan dat hij behoefte had aan contact.. Juist bij mensen die dicht bij ons staan is het verleidelijk te reageren met ‘Weet je wel hoe druk ik ben geweest! …. ‘ In dat geval zal ons gesprek een stuk minder gezellig verlopen dan wanneer ik diep ademhaal… en zeg ‘Had je het fijn gevonden om even over je dag te vertellen’?!
Hoe directer we ons gevoel kunnen verbinden met datgene waar we behoefte aan hebben, hoe makkelijker het voor de ander is om met empathie daarop te reageren! Dan zijn we in gesprek met elkaar, in plaats van dat we tegen elkaar praten en dan ontstaan er meer van die magische momentjes in de badkamer, aan de keukentafel en op kantoor.
Recente reacties